De dichtbundel ‘Ooghoek’ is een blijvende herinnering aan de zomer waarin de bomen in de Kooldreef spraken.
De bundel bevat twee afzonderlijke afdelingen: ‘Geleider’ van Charlotte Van den Broeck en ‘Die stiekeme blik’ van Lies Van Gasse.
“De gedichten van Charlotte Van den Broeck geven de lezer sterk het gevoel mee te kunnen wandelen langs schilderachtige en soms ook minder schilderachtige plekken in Beernem. Natuurlijk langs de Kooldreef zelf: ‘Vanaf hier lopen de eiken in lijnen in een doorgang de diepte in / verdwijnpunt is bestemming, dat huis in de verte, met buigzame ogen, kijk / dwars door steen en hek, achter het uitzicht waakt de binnenkant’. In ‘Sint-Amandus’ (een psychiatrisch centrum) lezen we ‘tegenover het hotel waar ik logeer, bewaren ze mensen in breukgetal / een schreeuw op sterk water, een doffe blik die niet door het raam geraakt’. ‘Miseriebocht’ beschrijft de ligging van het dorp: ‘Het kanaal plooit een arm om de fietstoeristen / op de ellenboog balanceert het dorp, weggestoken / achter gestekelde brem, doorn en eikenbos’. Maar in haar beschouwingen resoneren ook herinneringen aan andere plaatsen, andere gebeurtenissen, die zich mengen met de fantasie over hoe het is om hier te leven. We stellen ons bij bovenstaand gedicht voor hoe Charlotte Van den Broeck daar zit, in haar eentje, in die licht vijandige omgeving van het kleurrijke Wokpaleis. We krijgen zelfs te horen wat het menu kost, maar ondertussen dwalen de gedachten af naar vergelijkbare plaatsen ‘in een andere streek’, omdat de waarneming immers altijd gekleurd wordt door eerdere ervaringen.
De gedichten van Charlotte Van den Broeck lijken meer geënt op de omgeving van de Beernemse Kooldreef dan het werk van Lies Van Gasse. De meeste titels van de gedichten van haar verwijzen direct naar een locatie in Beernem. Alleen haar laatste gedicht heet ‘Cornea’, en vormt daarmee een bruggetje naar de gedichten van Lies Van Gasse, die met hun titel allemaal naar een lichaamsdeel verwijzen. Moederschap is een ander thema dat sterk in de gedichtencyclus van Lies Van Gasse aanwezig is. In het openingsgedicht ‘Schaambeen’, wordt een soort omgekeerde geboorte geschetst. In het daaropvolgende ‘Elleboog’ lezen we: ‘Verschillende keren zijn wij jong: / eerst in de moeder, dan in onszelf / en tenslotte in het kind dat zwelt als meel, / gekneed door onze gewoonten.’ Daarbij legt ze vaak de relatie tussen haar moederschap en haar eigen kind-zijn, zoals in de opening van het eerder aangehaalde ‘Voorarm’: ‘Het is beter op mijn natte arm dan in het bed / dat ik nochtans zacht voor je heb gedekt // waarin ik een kruik vol warmte wilde, / waarin ik over mijn verleden jouw toekomst heb gelegd’.” (Eric van Loo)
Charlotte Van den Broeck (°1991) debuteerde in 2015 met Kameleon bij de Arbeiderspers. De bundel werd bekroond met de Herman de Coninck Debuutprijs. Ze publiceerde in verschillende literaire tijdschriften zoals de Revisor, Das Magazin, Het liegend konijn en DWB. Bij dat laatste tijdschrift is ze sinds 2016 kernredacteur. Verder onderzoekt ze op het podium de zegbaarheid van haar gedichten. Ze stond op diverse literaire evenementen en festivals zoals Saint Amour, de Nacht van de Poëzie en Dichters in de Prinsentuin. In oktober 2016 opende ze, als jongste eregast ooit, samen met Arnon Grunberg de Frankfurter Buchmesse. In januari 2017 verscheen haar tweede bundel Nachtroer.
Lies Van Gasse (°1983), naast dichteres ook beeldend kunstenaar, vult haar gedichten aan met illustraties. Ze schreef de bundels Hetzelfde gedicht steeds weer, Brak de waterdrager (winnaar poëzieprijs provincie Oost-Vlaanderen) en Wenteling (nominatie Pernathprijs). Sinds 2016 maakt ze deel uit van het internationale poëzienetwerk Versopolis. Ze nam deel aan gerenommeerde nationale en internationale poëziefestivals. Van Gasse profileert zich met mengvormen van poëzie en beeld. Zo verraste ze met de graphic poems Sylvia, Waterdicht en Zand op een Zeebed. Met Annemarie Estor zette ze tussen 2009 en 2013 het multimediale poëzieproject Hauser op poten. Met Peter Theunynck publiceerde ze in 2016 de graphic novel Nel, een zot geweld. In oktober 2016 verscheen Exodus, een graphic poem op basis van de gelijknamige cyclus van H.C. Pernath. Zopas verscheen haar nieuwe bundel Wassende Stad.
Deze mooie uitgave bevat alle 25 gedichten en 14 illustraties van het poëzieproject Ooghoek en is te koop voor € 19,95 (+ € 5 verzending).
Uitgegeven door Poëziecentrum en vzw Màrmelade
ISBN 978-90-5655-167-4
Gedichten: Lies Van Gasse en Charlotte Van den Broeck
Illustraties: Lies Van Gasse
Redactie: Màrmelade, Greet Verleye, Poëziecentrum
Vormgeving: Nele Serlet